Innovatieve tunnelbekisting Hendriks precon maakt weekcyclus mogelijkSlimme oplossing voor aansluiting bekisting op tunnelvloer

Tijdens het interview met hoofduitvoerder Sander Tetteroo van De Groene Boog, kwam één van de grootste uitdagingen voor de tunnelbekisting al aan de orde: de aansluiting van de wanden op de tunnelvloer. Deze is door het onderwaterbeton in hoogte zeer onnauwkeurig. Afwijkingen van +/- 75 mm zijn geen uitzondering. Toch moet de bekisting hier goed op afdichten. Hoe dat werd bereikt, licht Hendriks-engineer Martin den Hengst toe tijdens een gesprek dat we hem hebben.

Complexe uitdaging

Maar eerst even terug naar de opgave: een 2235 meter lange tunnel met middentunnelkanaal die in mootlengten van 25 meter in een weekcyclus moet worden gestort. Een mond vol, wat ook gelijk de complexiteit van de uitdaging duidelijk maakt. Met 2 sets bekistingen zijn 90 storts nodig waarbij ook na de laatste stort nog steeds oppervlakte beoordelingsklasse B1 gehaald wordt. Dat betekende dat de te ontwikkelen bekisting ook voldoende ruimte moest bieden om de bekisting na iedere stort goed te kunnen reinigen en weer oliën voor de volgende stort. “De aanvraag van De Groene Boog leidde in eerste instantie tot een uitbarsting van creatieve ideeën om met name de aansluiting op de niet-vlakke ondergrond te kunnen waarborgen”,

opent Martin het gesprek. “Al snel kwamen we tot een ontwerp van een soort ‘hydraulische rups’ die zich als het ware meebeweegt met de hoogteverschillen van de tunnelvloer. De bekisting zelf bestaat uit een verrijdbare tunnelbekisting voor het middenkanaal, dat bedoeld is als vlucht- en serviceroute, met daaraan twee verrijdbare halftunnelbekistingen.”

Optimale aansluiting met hydraulische rups

Om de wand van de bekisting cementdicht aan te kunnen laten sluiten op de vloer, is het onderste deel van de wand opgebouwd uit wandpanelen van 1,50 meter. Martin den Hengst: “Aan de bovenzijde zijn de panelen voorzien van een hydraulische cilinder waarmee elk paneel circa 150 mm in hoogte kan worden versteld. Aan de onderzijde is ieder paneel voorzien van een rubberstrook die opgesloten ligt in een koker. De panelen zelf sluiten onderling hol en dol aan zodat ze ten opzichte van elkaar vrij kunnen bewegen.” Over het traject van eerste schets naar uitgewerkt concept, vertelt Martin: “Het begint uiteraard intern maar al snel is ook de klant bij de verdere ontwikkeling betrokken. Door het ontwerp al vanaf een vroeg stadium in nauw overleg met elkaar uit te werken, verloopt het verdere proces veel soepeler. Je merkt dat je elkaar versterkt. Het is altijd goed om op zo’n manier met elkaar te kunnen sparren.”

Meer vrijheid dankzij flexibele centerpengaten

Dat sparren bleek ook handig bij de uiteindelijke uitvoering van de centerpengaten. “Met de grote hoeveelheid wapening die in de wanden wordt verwerkt, is het altijd de vraag hoe eenvoudig de centerpennen kunnen worden aangebracht. Het komt geregeld voor dat juist op de plaats waar de centerpen is gepland, de wapening aan de binnenzijde het doorsteken van de pen bemoeilijkt. Daarom hebben we de centerpengaten flexibel uitgevoerd. De vlechter hoeft ter hoogte van de centerringen alleen een horizontale strook vrij te houden. Met onze flexibele pengaten kan de pen vervolgens in horizontale richting 100 mm worden verschoven.”

Verdichten met trilmotoren

De panelen zijn ontwikkeld voor een betondruk van 60 kN/m2. Noemenswaardig is de oplossing om het beton na het storten te kunnen verdichten. Waar normaal gesproken gebruik wordt gemaakt van trilnaalden, zijn deze door de hoge ‘wapeningsdichtheid’ niet mogelijk. “De wandpanelen zijn daarom voorzien van trilmotoren”, aldus Martin den Hengst. “Deze schudden de bekisting in horizontale richting waardoor ingesloten lucht uit het beton kan ontsnappen.”

Met een cyclus van één week is het zaak dat er geen tijd onnodig verloren gaat. Nadat het beton is uitgehard, kan het wandpaneel van de halftunnelbekisting daarom met hydraulische schuifframes circa 1 meter naar binnen worden getrokken. “Dit geeft personeel voldoende ruimte om de bekisting grondig en snel te kunnen reinigen en weer oliën voor de volgende stort. De buitenwanden kunnen eenvoudig met de kraan worden geplaatst. Zo gaat er geen kostbare tijd verloren.”

Hydraulische verplaatsen en aansluiten

Voor verplaatsing van de middentunnelkanaal- en halftunnelbekisting wordt gebruik gemaakt van rails. Om de hoogteverschillen in de tunnelvloer op te kunnen vangen, zijn deze voorzien van een verstelmogelijkheid. De portalen zijn uitgevoerd met stalen dubbele flenswielen die met hydromotoren worden aangedreven. In het middentunnelkanaal wordt daarnaast gebruik gemaakt van een rijdende tafelbekisting op zwaarlastwielen die met een hydraulische lier worden doorgereden. Voor de afdichting aan de bovenzijde is de tafelbekisting ter plaatse voorzien van panelen die hydraulische uitschuifbaar zijn. Voor de aansluiting van het dek van de halftunnelbekisting op de betonwand van het middentunnelkanaal worden horizontaal hydraulische bediende uitschuiflijsten ingezet.

Terug naar overzicht